Het is middernacht in een afgelegen dorp in de Pyreneeën. Het is helemaal donker en plotseling komt een groep mensen met brandende takken als een lichtgevende slang zigzaggend de berg af. Net als elk jaar wordt de zonnestilstand in talrijke dorpen van de Pyreneeën gevierd met dergelijke fakkeltochten. De fakkels (faies genoemd) zijn door de dorpsbewoners gemaakt van takken. Ze worden op een hooggelegen plek op de berg, bij een aldaar opgestelde boom, aangestoken en van daaruit naar het dal gebracht. In het dorp worden de fakkeldragers met traditionele dansen, muziek en drankjes onthaald en wordt er een groot vreugdevuur gemaakt. Het ritueel, dat al in de 11e eeuw in documenten wordt vermeld, heeft te maken met de zonnecultus die er vroeger voor diende om de goden voor de terugkeer van het mooie weer en voor de goede oogsten te bedanken. We grijpen de kans om te genieten van een magische nacht vol muziek, vuur en een gezellige sfeer. De volgende dag zijn we moe, maar tevens blij dat we een van de vele vuurfeesten van de Pyreneeën hebben meegemaakt die in november 2015 door de UNESCO zijn uitgeroepen tot immaterieel erfgoed van de mensheid. De meeste van deze fakkeltochten vinden aan het begin van de zomer plaats in de dorpen van het gewest Alta Ribagorça (Durro, Senet, Vilaller, El Pont de Suert, Barruera, Boí, Erill la Vall en Taüll), in Isil, in Andorra en in de Val d’Aran (Les en Arties). Daarnaast zijn er twee, de Fia-faia in Bagà en in Sant Julià de Cerdanyola, die op kerstavond worden gehouden. 

Velen van ons kennen de Latijnse uitdrukking carpe diem, die ons uitnodigt om de dag te benutten, de tijd niet onbenut te laten verstrijken, van de kleine dingen van het leven te genieten en niet aan de onzekere toekomst te denken. Wij nemen die lijfspreuk ter harte en bereiden ons voor op een avontuurlijke dag op de Noguera Pallaresa, die als een van de beste rivieren voor de beoefening van de wildwatersport van Europa wordt beschouwd. Onze keuze valt op rafting, een sport waarbij het erom gaat de stroomversnellingen met een rubberboot te omzeilen. Op het eerste gezicht lijkt het gevaarlijk, maar dat is niet het geval. Dankzij een helm, zwemvest en neopreenpak is het geen probleem als men in het water valt. Daarnaast is de aanwezigheid van een ervaren instructeur, die de rivier op zijn duimpje kent, een geruststellende gedachte. De afvaart zorgt voor spanning, verrassingen en soms een frisse duik. Ongetwijfeld een goede therapie tegen verveling, met plezier en een stoot adrenaline in de hoofdrol. 

De volgende dag trekken we de wandelschoenen aan en begeven we ons te voet naar de Mont-rebei-bergengte. De route voert over een in de rotswand uitgehouwen pad, op een hoogte van meer dan 500 meter, door een van de weinige ongerepte bergkloven van het land. Omgeven door een adembenemend landschap, in harmonie met de natuur, lopen we verder en laten we onze dagelijkse beslommeringen achter ons. Alleen onze veilige en stevige stappen zijn te horen. De route eindigt bij de kleine Pertusa-kapel, die op een steile rots staat en boven de bergengte en het Camarasa-stuwmeer uittorent en een schitterend uitzicht biedt. Er wordt gezegd dat het beste van een reis niet de bestemming is, maar de weg er naartoe. In dit geval zijn beide, de weg en de bestemming, een wandeling dubbel en dwars de moeite waard. 

Het volgende oponthoud tijdens onze avonturenreis door de Pyreneeën is het Nationale Park Aigüestortes i Estany de Sant Maurici, het grootste beschermde natuurgebied in het hooggebergte van Catalonië. Vandaag staan wandelingen en genieten van de natuur op het programma. Op bijna 15.000 hectare met bergtoppen, rivieren, watervallen en bergmeren valt er heel wat te ontdekken. We beschikken over verschillende manieren om dit gebied te verkennen: alleen, onder begeleiding van een gids of, in de winter, met sneeuwschoenen... Waar we ook kijken of gaan, er ligt een fascinerende wereld op ons te wachten die ons niet onverschillig zal laten: een nacht in een berghut, een wandeling door een dennenbos, de aanblik van gemzen of marmotten, de beklimming van een 3.000 meter hoge berg of een picknick aan de oevers van een meer... Op een plek als deze, in de zuivere berglucht van de Pyreneeën, worden we er bewust van hoe eenvoudig het is om de luiheid van ons af te schudden.

Onze reis wordt afgesloten met een bezoek aan de Val d’Aran, waar we de wandelschoenen weer aantrekken en erop uitgaan om het gebied via een van de vele routes te verkennen. Onze keuze valt op de Eth Setau Sagèth, een tocht die in zijn geheel door het hooggebergte van Val d’Aran loopt. Het is een weg door de geschiedenis van de vallei, de dorpen, oevers en bergpassen, die vroeger door mijnwerkers, herders en reizende handelaars met muildieren werd afgelegd. De 103 kilometer lange circulaire route begint en eindigt in Vielha en bestaat uit vijf dagetappes.